Een dag bij H3X

Als je vanaf 2 uur binnenkomt, log je in met jouw persoonlijke inlogcode en pak je een dagplanning. Je kiest een plekje, begroet de begeleiding en pakt limonade of thee, met een koekje. Dan echt aan de slag.

De dagplanning is zo ingevuld want op je weekplanning heb je al een indeling van de taken van deze week gemaakt, je hoeft dus alleen nog maar even te checken of er iets onverwachts is bijgekomen.

De taken verdeel je op een handige manier over de middag; moeilijke vakken eerst, woordjes leren verdeeld in sessies van een half uur en na een poos hard werken een welverdiende pauze. Aan het einde van de middag moet je ook nog een nieuwe planning maken voor de komende week.

Ondertussen loopt er een begeleider langs die je planning even bekijkt, een extra tip geeft en je op weg helpt met je moeilijkste vak. Vak voor vak werk je rustig door, stelt een paar keer een vraag en ook je begeleider stelt jou een (moeilijke) vraag.

Voor de woordjes pak je een laptop en daarna gebruik je die ook om een weekplanning te maken. Als die af is, kijkt je begeleider even of alles erop staat en of je verstandig heb gepland.

Na ongeveer 2 uur (maar langer blijven mag natuurlijk ook) is het werk af, weet je wat je de komende tijd moet doen en kun je met een gerust hart naar huis. Even afmelden bij je begeleider en dan tijd voor sport, computer en vrienden.

Onderpresteren

Zij of hij is slim, maar moet gewoon harder werken. Of niet?
Onderpresteerders in het voortgezet onderwijs.

Wat is onderpresteren?
We spreken van onderpresteren als een leerling structureel minder presteert dan het op grond van zijn/haar capaciteiten zou kunnen.

Kenmerken:

  • Hoog IQ
  • Slechte studiegewoonten
  • Lijkt weinig gemotiveerd
  • Nieuwsgierig op één gebied
  • Verzint smoesjes/argumenten om de verantwoordelijkheid elders te leggen
  • Gevoel van lage persoonlijke controle over leren en leven
  • Laag zelfbeeld/faalangst
  • Afhankelijkheid in hun werk
  • Bang zijn voor persoonlijke verantwoordelijkheid

Zoals bij iedereen zijn er ook tussen onderpresteerders grote verschillen in verschijningsvorm en gradatie. Daarom vereist het begeleiden van onderpresteerders ook een persoonlijke aanpak.

Hoe komt het?
Onderpresteren heeft zijn wortels in de basisschoolperiode. Slimme leerlingen worden op de basisschool vaak niet (voldoende) uitgedaagd. Ze hoeven niet hard te werken om goede resultaten behalen. Dit heeft een aantal gevolgen:

  • De leerling leert niet hoe je moet leren.
  • 8 Jaar lang worden resultaten beloond, waar de leerling weinig voor heeft gedaan. De leerling leert (onbewust) dat hij zich niet hoeft in te zetten om resultaten te behalen. In plaats van een verband tussen inzet en succes ontstaat bij onderpresteerders een verband tussen weinig doen en succes.
  • Hierdoor voelt de leerling geen controle over zijn eigen prestaties.
  • Door jaren van bevestiging en goede cijfers wordt ‘slim zijn’ een deel van hun identiteit.

Leerlingen die doordat ze slim en gevoelig zijn veel opmerken, onthouden en over dingen nadenken, kunnen extra kwetsbaar zijn voor onderpresteren.

De openbaring van de problemen vindt vaak plaats op de middelbare school. Daar wordt meer van de leerling gevraagd en hier hebben ze geen oplossing voor. Ze hebben nooit geleerd dat zij zelf de controle hebben over hun resultaten en ze weten niet hoe ze moeten leren. Hun identiteit van ‘slimme leerling’ komt in het gedrang.

Onbewust speelt zich het volgende proces af. Als de leerling harder gaat werken, riskeert hij falen, wat zou bewijzen dat hij niet meer slim is. De logische oplossing is dus het bewaken van de identiteit en het verlagen van de inspanningen. Bij lage resultaten kan de leerling dan in ieder geval denken ‘als ik harder gewerkt had, had ik wel een goed cijfer gehaald’.

Wat kan je doen?
Uit onderzoek blijkt dat onderpresteerders hun gedrag niet vanzelf verbeteren, niet met logica zijn om te praten en dat straffen niet helpt. Ook is het geen kwestie van ‘je moet gewoon harder werken’. De leerling moet zijn gedrag veranderen en zijn identiteit op het spel zetten. Dat is een lastig proces.

Veel onderpresteerders vragen vaak in eerste instantie om hulp omdat ze moeten ‘leren leren’. Ze missen vaardigheden zoals plannen of structureren, omdat ze deze nooit nodig hebben gehad. Alleen werken aan vaardigheden is echter niet genoeg.

Bij H3X hebben we daarom de volgende aanpak:

  • We werken planmatig en doelgericht. In het begin worden korte en langere termijn doelen opgesteld en deze worden regelmatig geëvalueerd en waar nodig herzien.
  • Door gerichte vraaggesprekken met de leerling bepaalt hij/zij zelf wat veranderd moet worden en hoe dit moet worden aangepakt. Dit draagt bij aan de zelfkennis en leidt tegelijk tot het stellen van doelen waar de leerling echt achterstaat.
  • Omdat onderpresteerders de link tussen inzet en succes nooit hebben geleerd denken ze dat het halen van goede cijfers (succes) een soort toevalligheid is, waarop je geen directe invloed hebt. Succes moet dus opnieuw gedefinieerd worden en wel als je inzetten, je planning nakomen, op tijd beginnen, hulp vragen, etc.
  • Om te laten zien hoe goed het voelt om goede resultaten te halen, moedigen we leerlingen aan om te excelleren in een vak wat ze leuk vinden.

In het kort: bewustwording > doelen stellen > experimenteren > evalueren.

Onderpresteerders kunnen niet helemaal zelf hun gedrag veranderen en hebben de hulp van hun omgeving hard nodig. Het is belangrijk dat ouders, school en eventuele hulpverleners op één lijn zitten. H3X kan de spil in dit web zijn en de ouders ontlasten.